Voor onze financiële positie kijken we vanaf nu naar drie indicatoren
- Het meerjarenperspectief, saldo na eerste kwartaal 2024
Dit is het saldo van onze baten en lasten. Dus alle structurele én incidentele baten minus alle structurele en incidentele lasten. Is het saldo positief, dan storten we dit in de buffer. Is het saldo negatief, dan halen we het tekort uit de buffer.
- De buffer
In principe is de buffer bedoeld voor onbekende risico's. De buffer wordt gevuld met positieve jaarrekeningresultaten en winstafdracht van het grondbedrijf. Als we tekorten hebben moeten die uit de buffer worden betaald. De verwachting is dat de buffer negatief wordt. Dat wil zeggen dat, als we al onze geplande uitgaven doen, we vanaf 2026 geen geld meer hebben in de buffer. We hebben dus ook geen geld voor onbekende risico's.
- Het structureel Reëel begrotingsevenwicht (SRE)
Dit is het saldo van onze structurele baten en lasten. De incidentele baten en lasten tellen niet mee in dit overzicht. In artikel 203-1 van de Gemeentewet staat dat de provincie ons onder curatele moet stellen als dit saldo volgens het oordeel van het college van Gedeputeerde Staten, niet in evenwicht is. Het college van GS kijkt hierbij naar het begrotingsjaar. Dus voor de begroting 2025 kijkt GS naar het structurele saldo voor het jaar 2025. Dit overzicht namen we tot nu toe op in de bijlagen van de begroting en jaarrekening, maar op 20 maart heeft GS ons een brief gestuurd. In deze brief vraagt GS ons om te zorgen voor een sluitend SRE. Daarom presenteren we dit nu ook in de kwartaalrapportage.
Het meerjarenperspectief
De tabel hieronder laat het meerjarenperspectief zien. Dit zijn alle structurele en incidentele baten en lasten bij elkaar. Zoals uit de tabel blijkt neemt het tekort dit kwartaal toe. De belangrijkste oorzaken zijn:
- gestegen kosten bij in het sociaal domein € 1,1 miljoen;
- hogere rentekosten € 1,4 miljoen;
- hogere bijdrage veiligheidsregio € 1,3 miljoen;
- overige bijstellingen die oplopen tot € 1,0 miljoen.
bedragen x € 1 miljoen
omschrijving | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
---|---|---|---|---|---|
saldo begroting na het vierde kwartaal 2023 | -45,9 | -21,9 | -38,2 | -12,1 | -9,2 |
sociaal domein | 0,0 | -1,5 | -1,1 | -1,1 | -1,1 |
demografie | -0,3 | 0,2 | 1,7 | 1,9 | -0,5 |
gemeentefonds | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | -0,3 |
bedrijfsvoering | -0,9 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
participatie | 0,2 | -0,6 | -0,8 | -1,1 | -1,3 |
rente | 1,4 | -0,5 | -1,4 | -0,6 | -1,4 |
overig | -0,5 | -0,5 | -0,8 | -1,2 | -0,2 |
projectvertraging | -7,8 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
neutrale bijstellingen | 1,6 | -0,9 | -0,6 | 0,0 | 0,0 |
saldo begroting na het eerste kwartaal 2024 | -52,3 | -25,7 | -41,3 | -14,2 | -14,0 |
Buffer
bedragen x € 1 miljoen
buffer | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
---|---|---|---|---|---|---|
beginstand per 1 januari | 120,2 | 79,0 | 22,2 | -3,5 | -44,8 | -58,9 |
initiatievenbudget gemeenteraad | pm | pm | pm | pm | ||
werkbudget huisvesting vergunninghouders | -3,5 | |||||
separaat raadsvoorstel Annapark | -2,7 | |||||
separaat raadsvoorstel Havenhoofd | -1,8 | |||||
jaarresultaat 2023 | -37,7 | |||||
perspectief | -52,3 | -25,7 | -41,3 | -14,1 | -14,0 | |
totaal | 79,0 | 22,2 | -3,5 | -44,8 | -58,9 | -73,0 |
De verwachte stand van de buffer daalde in de vorige rapportage naar een tekort van € 59 miljoen in 2027. Doordat het geraamde tekort in de begroting oploopt, daalt de verwachte buffer ook. We hebben nu ook de begroting 2028 aan de planning toegevoegd. Zolang we een tekort in de begroting ramen, stijgt ook het tekort in de buffer.
Daarnaast reserveren wij € 4,5 miljoen voor de verwachte kosten bij het raadsvoorstel Havenhoofd en de risico's bij het raadsvoorstel van Annapark.
Initiatievenbudget gemeenteraad
In 2024 is er € 1,6 miljoen beschikbaar van het initiatievenbudget voor de gemeenteraad. Na verwerking van al besloten initiatieven resteert er nog € 1,3 miljoen. Structureel is er geen budget beschikbaar.
We verwachten geen meevaller uit het grondbedrijf over 2023, winst uit 2024 verwerken we nog niet
In de begroting raamden we de winstafdracht over 2023 op € 6,5 miljoen. Inmiddels is de conceptjaarrekening 2023 gereed. De daadwerkelijk gerealiseerde winstafdracht is € 6,9 miljoen, nagenoeg hetzelfde als de raming.
In de Programmarekening 2023 verwachten we een tekort van € 37,7 miljoen
Het tekort is ongeveer € 20 miljoen lager dan bij de begroting verwacht. Dit komt bijna helemaal door projectvertraging. Dit geld is via de 4 e kwartaalrapportage 2023 en deze 1 e kwartaalrapportage 2024 doorgeschoven naar 2024 om alsnog voor de geplande activiteiten in te zetten. Het tekort in 2023 komt ten laste van onze buffer.
We zien nog risico’s bij de terugkoop van de ontwikkelgronden Hortus
We willen de ontwikkelgronden Hortus terugkopen van Weerwater CV, zodat we zelf weer de regie hebben over de ontwikkeling. Dat brengt echter ook risico’s met zich mee. Zoals in het in raadsvoorstel terugkoop Hortus aangegeven worden deze risico’s ingeschat op € 9,9 miljoen extra ten opzichte van het MPGA 2023. Een deel hiervan wordt verwerkt in de Programmarekening 2023, op basis van de actualisatie van de huidige grondexploitatie Hortus voor het MPGA 2024. Er resteert dan nog € 6,4 miljoen aan risico’s die we nog niet hebben voorzien. We verwerken de gevolgen voor de buffer bij de eerstvolgende kwartaalrapportage na besluitvorming door uw raad.
Structureel reëel evenwicht
Structureel reëel evenwicht, niet gecorrigeerd
In de tabel hieronder ziet u het Structureel Reëel Begrotingsevenwicht (SRE). Het SRE is bepalend voor het toezicht van de provincie.
- Bij een positief saldo is er sprake van toezicht achteraf, ook wel repressief toezicht genoemd. De provincie laat zich dan door ons informeren over de financiële situatie.
- Bij een negatief saldo in het begrotingsjaar (voor de begroting 2025 is dat dus 2025), kan de provincie de gemeente onder preventief toezicht plaatsen. Als dat gebeurt, dan moet het college van Gedeputeerde Staten de raadsbesluiten van Almere goedkeuren. Pas na goedkeuring van GS mogen deze dan worden uitgevoerd. In het spraakgebruik wordt dit ook wel 'curatele' genoemd.
Zoals uit de tabel hieronder blijkt, is het saldo in 2025 nog positief. Vanaf 2026 ontstaat er een tekort. Dit komt vooral door het zogeheten 'ravijn' van het gemeentefonds.
bedragen x € 1 miljoen
| 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
---|---|---|---|---|---|
meerjarenperspectief | -52,3 | -25,7 | -41,3 | -14,1 | -14,0 |
waarvan incidentele baten en lasten | -50,6 | -35,0 | -16,2 | -6,4 | 4,7 |
structureel perspectief | -1,7 | 9,3 | -25,1 | -7,8 | -9,3 |
Structureel reëel evenwicht, wel gecorrigeerd
Als er posten in de begroting staan die GS niet realistisch vindt, dan mag de provincie die corrigeren voor haar toezichtsoordeel. Het college van Gedeputeerde Staten van Flevoland heeft in zijn toezichtbrieven, en ook in de brief van 20 maart 2024 aangegeven dat ze de bezuinigingen die in de bezuinigingsmonitor op 'rood' staan niet realistisch vindt. Er liggen bij deze bezuinigingen geen concrete plannen hoe deze moeten worden ingevuld. De provincie telt deze openstaande bezuinigingen daarom nog bij het tekort. Dat noemen we het gecorrigeerde structureel reëel evenwicht.
De tabel hieronder laat zien dat we, ook met deze correctie, in 2025 nog een positief SRE verwachten. In de andere jaren is het saldo negatief.
In principe kan de provincie ons dus niet onder preventief toezicht plaatsen. Want pas bij de begroting 2026 verwachten we een tekort. Maar de provincie heeft beleidsruimte. Omdat de tekorten vanaf 2026 oplopen tot bijna € 40 miljoen, roept de provincie ons op om nu al bij te sturen. Dit blijkt ook uit de brief van 20 maart van het college van Gedeputeerde Staten.
bedragen x € 1 miljoen
| 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
---|---|---|---|---|---|
structureel reëel begrotingsresultaat (SRE) - ongecorrigeerd | -1,7 | 9,3 | -25,1 | -7,8 | -9,3 |
niet ingevulde bezuinigingen (rood) | |||||
hervorming jeugdhulp | -6,5 | -9,0 | -9,0 | ||
transformatie jeugdhulp met verblijf | -2,0 | -3,0 | -4,0 | -4,0 | |
extra taakstelling jeugdhulp nav takendiscussie | -1,5 | -1,5 | -1,5 | ||
korte termijn maatregelen jeugdhulp | -2,0 | -2,0 | -2,0 | -2,0 | -2,0 |
extra taakstelling jeugdhulp nav aanvullende knelpunten | -1,4 | -0,5 | -0,5 | -0,5 | -0,5 |
Almere City marketing | -0,1 | -0,2 | -0,2 | ||
fonteinen, stranddouches en ijsbaan | -0,1 | -0,1 | -0,1 | -0,1 | -0,1 |
parkeerwinkel in stadhuis | -0,1 | -0,1 | -0,1 | -0,1 | |
taakstelling Werk & Inkomen | -0,3 | -0,5 | -0,5 | -0,5 | |
totaal niet ingevulde bezuinigingen | -3,5 | -5,0 | -14,3 | -17,9 | -17,9 |
SRE na correctie niet ingevulde bezuinigingen | -5,2 | 4,3 | -39,4 | -25,7 | -27,2 |
Plan van aanpak structureel evenwichtige programmabegroting
Een gezonden financiële positie hebben we niet voor onze toezichthouder, maar voor onze stad en voor onze inwoners. Het is belangrijk dat de gemeente zijn financiën op orde heeft. Om die reden zijn wij, naar aanleiding van de vierde kwartaalrapportage begonnen met een plan voor een structureel evenwichtige programmabegroting. Via een raadsbrief hebben wij u op 26 maart 2024 dit plan aangeboden. We herhalen hieronder de belangrijkste punten uit onze aanpak:
Wij gaan een breed keuzepakket maken om de begroting structureel in evenwicht te brengen op basis van de volgende uitgangspunten:
We inventariseren een bezuiniging van € 22,5 miljoen. We verdelen dit bedrag over de raadsprogramma's op basis van de beïnvloedbare ruimte. Dit betekent dat alle afdelingen/portefeuillehouders een bezuinigingsbedrag moeten aanleveren. We hebben deze taakstelling als volgt over de raadprogramma's verdeeld:
bedragen x € 1 miljoen
programma | bezuiniging |
---|---|
Wonen | 0,02 |
Openbare ruimte | 5,08 |
Veiligheid en handhaving | 2,60 |
Dienstverlening en samenwerking met de stad | 0,86 |
Diversiteit en inclusie | 0,08 |
Economie | 0,20 |
onderwijs | 1,23 |
Gezondheid | 3,15 |
Sociale voorzieningen en zorg | 5,88 |
Dierenwelzijn | 0,03 |
Ontwikkeling van de stad | 0,28 |
Klimaat en milieu | 0,39 |
Sport | 0,64 |
Kunst en cultuur | 1,80 |
Overhead en bedrijfsvoering | 0,28 |
Financiën | 0,04 |
Eindtotaal | 22,56 |
Andere uitgangspunten:
- We doen een onderzoek doen naar het verbeteren van de kostendekkendheid van de tarieven
- We doen onderzoek naar de mogelijkheden om algemene middelen vrij te spelen, door het inzetten van doeluitkeringen
- We zoeken incidentele ruimte door middel van een doorlichting van onze reserves
- We doen onderzoek naar de mogelijkheden tot lastenverzwaringen
- In evenredigheid met de bezuiniging op de algemene dienst maken we bij de grondexploitatie inzichtelijk welke keuzemogelijkheden er zijn om 7% op de kosten te besparen
- Voor 1 mei komen we met voorstellen hoe we de taakstellingen op de jeugdzorg willen invullen.
Onderdeel van de zoekrichting is ook een voorstel om € 50 miljoen vanuit onze bestemmingsreserves in de buffer te storten. Op deze wijze willen wij voorkomen dat de buffer de komende jaren negatief zou worden.
Deze bezuinigingsopdracht doen wij om tot een structureel evenwichtige begroting 2025 te komen. We willen u voor het zomerreces via een raadsvoorstel de uitwerking van deze maatregelen aanbieden. Binnen dit pakket is er keuzeruimte, waarmee u keuzes kan maken om het structurele tekort van € 15 miljoen en het tekort in de buffer op te lossen.
Wij stellen voor om u als raad op vier momenten bij deze aanpak te betrekken
Wij begrijpen dat het in de huidige bestuurlijke context moeilijk is om ingrijpende maatregelen te nemen. Dit ontslaat ons niet van de plicht om de gemeentefinanciën op orde te brengen. Daarom zijn we inmiddels aan slag gegaan.
Wij vinden het belangrijk dat u als raad voldoende betrokken bent bij deze werkzaamheden. Daarom komen wij, afgezien van deze kwartaalrapportage, de komende periode op vier momenten met informatie:
- Informeren: De raadsbrief van 26 maart over het plan van aanpak en eerste kwartaalrapportage 2024 (maart en april 2024);
- Bespreken en richting geven: Koersnotitie 2025 met een afweegkader en de stand van zaken ten aanzien van de uitvoering van het plan van aanpak. Het afweegkader wordt ter besluitvorming voorgelegd aan uw raad (mei 2024);
- Voorlopige besluitvorming: Raadvoorstel met een keuzepakket, zodat u de mogelijkheid heeft uw keuzes voorafgaand aan de Programmabegroting kenbaar te maken. Hiermee hopen wij u voldoende tijd te bieden om u voor te bereiden op een definitieve besluitvorming via de Programmabegroting (juli 2024);
- Besluitvorming: Programmabegroting 2025 (oktober 2024).